Groot voer voor klein grut, of met andere woorden 'kinder- en jeugdboeken'

Met het oog op het naderende einde van mijn project voor de Universiteit bezocht ik afgelopen dagen enkele websites met jobaanbiedingen. Een vacature bij een vermaarde kinderboekenhandel in Mechelen leidde tot mijmeringen over de boeken die ik destijds voor mijn kinderen kocht. Mijn dochter, ondertussen 22, haalde zowaar een doos tevoorschijn waarin ze haar lievelingsboekjes had bewaard. Voor we het wisten waren we beiden verloren in herinneringen aan verhalen en aan vakanties die eraan gelinkt waren. In hun jongste jaren droeg ik steevast enkele kleine exemplaren in mijn handtas, waarmee we de tijd verdreven in de wachtkamer van Kind en Gezin of waarin we troost vonden na een doktersbezoek. Thuis verzonnen we zelf verschillende versies bij de tekeningen van meneer en mevrouw Schubert over Woeste Willem, gingen we samen op Berenjacht met Michael Rosen of lachten we met de heerlijke Prinses Prot van Stefan Boonen. De cavia's van 'Lieve woordjes' verleidden ons tot de aanschaf van enkele soortgenoten waaraan we veel plezier beleefden en tot op de dag van vandaag citeert mijn echtgenoot soms nog de bekende woorden van zijn naamgenoot uit de 'Uilskuikentjes' van Waddell en Benson. 

In mijn jaren als klasjuf probeerde ik mijn leerlingen warm te maken door hen te helpen bij het vinden van interessante lectuur tijdens onze bezoeken aan de bib en ook mijn klasbib te voorzien van nieuwe aanwinsten. En puur voor mijn eigen plezier las ik hen regelmatig voor en weidde ik hen in in de avonturen van Wiet Waterlanders, Percy Jackson en Harry Potter

Enkele van de boeken die ik mijn dochters voorlas prijken nog steeds in onze kast, andere doneerde ik aan de klas- en schoolbibliotheek. Ondanks haar dyslexie verslindt mijn dochter nog steeds boeken, al is haar grote liefde qua verhalen ondertussen overgenomen door het rijke filmaanbod. Toch is haar boekencollectie haar kast al lang ontgroeid en heeft ze onder haar bureau bakken en dozen staan waarin ze haar oude schatten bewaart. 

Uit een van die dozen pik ik mijn persoonlijke favoriet, Wiet Waterlanders en De kleine Caroluscode van Mark Tijsmans, en nestel ik me de rest van deze zonnige dag op het terras.